Non-conformiteit bij koop van een auto
Wanneer een consument bij een autodealer een auto koopt dan kan het zijn dat er na enkele weken of maanden onverwachte problemen voordoen. Juridisch spreken wij dan van gebreken.
Non-conformiteit
Gebreken kunnen dusdanig ernstig zijn dat er sprake is van non-conformiteit (artikel 7:17 e.v. BW). Van non-conformiteit is sprake wanneer de auto niet de eigenschappen bezit die de consument voor een normaal gebruik wel mocht verwachten. Per geval kan dat verschillend zijn. Van een erg oude auto en met een hoge kilometerstand kan namelijk minder worden verwacht dan een (vrijwel) nieuwe auto, bijvoorbeeld omdat een onderdeel op enig moment vervangen moet worden. Non-conformiteit wordt sneller aangenomen op moment dat het niet mogelijk is om, op een normale en veilige manier, aan het verkeer deel te nemen. Daarvoor is de auto immers gekocht. Te denken valt aan een defecte motor.
Het vermoeden van non-conformiteit
Omdat de consument ten opzichte van een professionele verkoper als zwakkere partij wordt aangemerkt, kunnen consumenten een beroep doen op wettelijke bepalingen die bedoeld zijn ter bescherming van de consument.
Zo wordt een consument geholpen op het moment dat gebreken zich voordoen. In de wet staat namelijk een zogeheten bewijsvermoeden. Dit houdt in dat, als er binnen 12 maanden na aankoop een gebrek zich voordoet, de auto vermoedt wordt non-conform te zijn. Het is dan aan de verkoper om dit vermoeden te weerleggen. Bijvoorbeeld als de verkoper van mening is dat de consument dit mocht verwachten, bijvoorbeeld omdat hierover bij de koop gesproken is. Ook kan gedacht worden aan de situatie dat het gebrek aan de consument zelf te wijten is. Bijvoorbeeld schade aan de motor omdat de consument de verkeerde brandstof heeft getankt.
Dit bewijsvermoeden wijkt dus af van het normale wettelijke uitgangspunt “wie stelt, bewijst”* en helpt een consument aanzienlijk. Ook overigens vanuit het besef dat de consument over het algemeen niet, althans minder technisch onderlegd zijn dan de verkoper.
* Artikel 150 Rv: De partij die zich beroept op rechtsgevolgen van door haar gestelde feiten of rechten, draagt de bewijslast van die feiten of rechten, tenzij uit enige bijzondere regel of uit de eisen van redelijkheid en billijkheid een andere verdeling van de bewijslast voortvloeit.
Rechten en verplichtingen voor koper en verkoper.
Op moment dat ervan uitgegaan wordt dat de auto non-conform is, schept dit voor de consument vooral een aantal rechten en voor de verkoper meerdere verplichtingen.
Zo kan een consument kosteloos herstel vorderen van de verkoper en, mocht dat ondanks het verzoek niet gebeuren binnen een redelijke termijn en zonder ernstige overlast voor de consument, dan mag de consument de overeenkomst zelfs zonder tussenkomst van een rechter ontbinden. Dat wordt ook wel een buitengerechtelijke ontbinding genoemd.
Een buitengerechtelijke ontbinding schept ongedaanmakingsverplichtingen. Concreet betekent dat onder andere: terugbetaling van de aankoopprijs, terugname van de auto en het verstrekken van een vrijwaringsbewijs. Onder bepaalde omstandigheden kan er ook een aanvullende schadevergoeding worden gevorderd.
Hoewel de consument bij non-conformiteit veel rechten heeft, zijn er ook bepaalde verplichtingen. Niet alleen de verplichting om eerst de gelegenheid te geven om de auto kosteloos te herstellen voordat er wordt ontbonden, maar ook moet er tijdig worden geklaagd. Dat heet de klachtplicht.
De klachtplicht schrijft voor dat, wanneer een koper een gebrek ontdekt, dit binnen een bekwame tijd gecommuniceerd moet worden aan de verkoper. Bij een consumentenkoop wordt twee maanden na ontdekking in ieder geval als tijdig aangemerkt. Doet de consument dit pas na 2 maanden dan kan het, afhankelijk van alle feiten en omstandigheden, als gevolg hebben dat een (rechts)vordering niet meer toegewezen wordt. Te denken valt aan een vordering tot herstel van de gebreken.
De klachtplicht staat overigens los van de verjaringstermijn. Bij een consumentenkoop geldt er namelijk een (korte) verjaringstermijn van 2 jaar. Dit betekent dat een vordering (tot herstel, betaling koopsom) na een periode van 2 jaar weliswaar nog steeds bestaat, maar niet meer afgedwongen kan worden. Ook niet via een kantonrechter. Dat is alleen anders als de verjaringstermijn tijdig en correct is gestuit, bijvoorbeeld doordat er binnen die 2 jaar een schriftelijke aanmaning verzonden (en ontvangen) is.
Extra garantie nodig?
Het komt vaak voor dat verkopers aanbieden om extra garantie af te spreken, waarvoor dan moet worden betaald. Dat is gelet op het voorgaande echter niet nodig. Soms ontstaat het misverstand dat, op moment dat er geen garantie afgesproken of “bijgekocht” is, een consument geen beroep kan doen op de non-conformiteit van een auto en de daaruit voortvloeiende rechten. Dat is onjuist. Dit recht mag namelijk niet worden uitgesloten. Hoogstens kan het (voor een kantonrechter) meespelen bij de beoordeling wat een consument mocht verwachten van de auto. Van doorslaggevend belang zal dit echter niet zijn.
Kunnen ondernemers ook non-conformiteit claimen?
Ondernemers worden geacht een professionele partij te zijn waardoor er geen beroep kan worden gedaan op non-conformiteit en de rechten die hierbij horen. Bijvoorbeeld wanneer een gekochte bestelbus gebreken vertoond. Toch bestaat er een uitzondering. Onder bepaalde omstandigheden kunnen kleine ondernemers toch een beroep doen hierop. Dit heet de reflexwerking. Hoewel dit niet snel wordt aangenomen, kan het raadzaam zijn om dit toch te laten toetsen.
Bron(nen): Boek 7 Burgerlijk Wetboek, artikel 5 e.v., rechtspraak.nl
Meer informatie
Wilt u meer informatie over het consumentenrecht (als consument of als verkoper) of heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel, neemt u dan contact op met een van de advocaten van ons kantoor.
Angelique Verweij en Wesley Sallé
Tel. 0341-760510
a.verweij@vbvadvocaten.nl of w.salle@vbvadvocaten.nl
Hoewel de uiterste zorg is besteed aan de inhoud van dit nieuwsbericht, aanvaardt VBV Advocaten geen aansprakelijkheid voor onvolledigheid of onjuistheid.